Bedrijfsvoorheffing- Vrijstelling woon- werkverkeer
Indien de werknemer op eigen kracht naar het werk komt (en dus niet beschikt over een vervoermiddel dat ter beschikking gesteld wordt door de werkgever), dan kan hij afhankelijk van de sectorale bepalingen terzake, aanspraak maken op een tussenkomst in de verplaatsingskost ten laste van de werkgever. Het bedrag van de tussenkomst verschilt naargelang de aard van het gebruikte vervoermiddel en de afstand woon- werk. Hiervoor dient u de werknemer een verklaring op eer laten invullen.
Deze tussenkomst in de verplaatsingskosten is vrijgesteld van sociale bijdragen.
In principe is de tussenkomst in hoofde van de werknemer een belastbaar inkomen. Dit houdt in dat het bedrag van de tussenkomst normaal gezien bij het inkomen geteld dient te worden en dat er rekening mee gehouden moet worden voor de berekening van de bedrijfsvoorheffing.
Indien de werknemer aan de werkgever schriftelijk bevestigd dat hij gebruik zal maken van het systeem van forfaitaire beroepskosten bij zijn jaarlijkse aangifte in de personenbelasting, dan moet de werkgever rekening houden een vrijstelling.
De vrijstelling zal als volgt worden toegepast:
gemeenschappelijk openbaar vervoer : maximale vrijstelling : het bedrag van de vergoeding, voor zover betaling of terugbetaling van kosten voor woon- werkverplaatsing
gemeenschappelijk vervoer georganiseerd door de werkgever : maximale vrijstelling bedrag beperkt tot de prijs van een treinabonnement eerste klasse voor de afstand
fiets : maximale vrijstelling : de tussenkomst is vrijgesteld ten belope van een maximum van 0.27 euro /km
ander vervoermiddel : maximale vrijstelling : 39.20 euro per maand (470 euro per jaar) bedrag voor inkomsten 2023, aanslagjaar 2024.
Indien de werknemer gebruik maakt van een combinatie van verschillende vervoersbewijzen, dan moet de vrijgestelde vergoeding voor elke vervoerswijze apart bekeken worden.
De tussenkomst in het woon- werkverkeer wordt afzonderlijk vermeld op de fiche 281.10.
Wij vestigen er uw aandacht op dat u over de verklaring op eer dient te beschikken om de vrijstelling van bedrijfsvoorheffing toe te mogen passen.
Ter herinnering : Om het woon-werkverkeer met de fiets aan te moedigen, hebben de sociale partners in januari 2023 een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst (cao) gesloten die de toekenning van een fietsvergoeding in de private sector veralgemeent en dit met ingang van 1 mei 2023. De nieuwe cao is aanvullend. Ze is dus enkel van toepassing indien er nog geen cao in verband met een fietsvergoeding bestaat. In de sectoren en ondernemingen die eerder een cao hadden gesloten waarin werd voorzien in de toekenning van een specifieke vergoeding voor het woon-werkverkeer met de fiets, blijft deze cao van toepassing wat betreft de toekenningsvoorwaarden en het bedrag (zelfs indien dit lager is).