PC 124- Sectoraal akkoord 2021-2022
Dit akkoord is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders die behoren tot het paritair comité voor het bouwbedrijf. Onder arbeiders wordt verstaan: de arbeiders en arbeidsters.
Het akkoord is volledig in overeenstemming met het KB van 30 juli 2021 dat de maximale marge voor de loonkostontwikkeling bepaalt voor de periode 2021 en 2022.
Het akkoord zal uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2021 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2022, tenzij anders bepaald.
1. Koopkracht
Invulling loonmarge:
Volledige invulling van de loonmarge van 0,4% met dien verstande dat alle maatregelen die de loonkost verhogen in rekening moeten gebracht op de 0,4%. Conform de wet van 26 juli 1996 wordt de coronapremie niet meegerekend voor de berekening van de loonkostenontwikkeling.
De minimumuurlonen en de effectieve lonen worden per 01.12.2021 met 0,4% verhoogd:
Er wordt een eenmalige premie van 130 euro toegekend onder de vorm van ecocheques op 15 december 2021. Indien al op ondernemingsniveau het maximumbedrag van 250 euro wordt toegekend, moet een gelijkwaardig voordeel toegekend worden.
Er wordt een coronapremie toegekend uiterlijk op 15 december 2021 bestaande uit:
Een basispremie van 150 euro aan alle arbeiders;
Een supplementaire premie van 150 euro toe te kennen bovenop de basispremie door de ondernemingen die geen verlies gemaakt hebben in 2020 (code 9901) en dit bekeken op niveau van de technische bedrijfseenheid (TBE).
Voor de beoordeling van de voorwaarde voor de supplementaire premie wordt verwezen naar de goedgekeurde jaarrekening waarin het 2e kwartaal 2020 vervat zit.
Voor de toekenning van de basispremie en de supplementaire premie geldt dat de arbeiders minstens 1 dag effectieve tewerkstelling telden in het 2e kwartaal 2020 en dat ze nog in dienst zijn op het ogenblik van de uitbetaling van de coronapremie.
De door de bedrijven al betaalde coronapremie wordt in rekening gebracht met de sectorale coronapremie.
Zowel werkgeversorganisaties als vakbonden informeren en sensibiliseren om dit akkoord loyaal en volledig uit te voeren, ook via de Unie van Sociaal Secretariaten worden de sociale secretariaten gesensibiliseerd om het akkoord uit te voeren.
Aanvullende pensioenen
Op 1 januari 2030 komen tot een geharmoniseerd sectoraal pensioenstelsel voor arbeiders en bedienden met flatrate van 2.65% van het jaarloon, door stelselmatig het percentage voor de bedienden te verhogen en voor de arbeiders door de laagste categorieën stelselmatig op te trekken;
Vanaf 1 januari 2023 een sectoraal aanvullend pensioenplan voor bedienden starten ten belope van 1.1%;
Voor de arbeiders worden de twee laagste categorieën op die datum opgetrokken tot 1.1% en deze worden gefinancierd door de minderuitgave in het SWT. (uitrol en het beheer door PensioB met gescheiden vermogens);
Voor bedienden via CAO bij PC 200 (PensioB: bereidt dit voor, stelt afbakening bedienden voor en onderzoekt buiten toepassingsgebied);
Opting out voor bedienden (vermijden dat als er minstens een gelijkwaardige regeling is op ondernemingsvlak, geen twee keer moeten betalen).
Werkwijze: reactivering politieke werkgroep aanvullende pensioenen. Tegen eind 2022 knopen doorhakken inzake het concrete stappenplan en de financiering.
Financiering: rekening houden met het wettelijk kader en er wordt gestreefd naar kostenneutraliteit.
Verhoging bedragen bestaanszekerheid:
2. Opleiding & instroom
Verplichte veiligheidsopleiding voor alle statuten:
Op bouwplaatsen waar een veiligheidscoördinator verplicht is: iedereen op de werf (ongeacht statuut) moet een opleiding basisveiligheid VCA hebben gevolgd (of gelijkwaardig). Het betreft een opleiding van 8 uur;
Voor de andere bouwplaatsen: uitwerking door Constructiv van een opleidingsprogramma om een aan het bedrijf eigen bevoegd persoon in staat te stellen een basisopleiding te geven van 8 uur.
Deze verplichting treedt in werking op 1 juli 2022 om iedereen de kans te geven zich in regel te stellen. Nieuwkomers dienen binnen de maand na het begin van de tewerkstelling op een werf de opleiding te hebben afgewerkt.
Aan BOP wordt de opdracht gegeven om een opleiding basisveiligheid op maat van de bouwsector uit te werken (8 uur) als mogelijk equivalent van de VCA-basisveiligheid.
Voor de statuten die niet onder de bevoegdheid van het paritair comité voor het bouwbedrijf vallen (zelfstandigen, gedetacheerde zelfstandigen en actieve vennoten) zetten de sociale partners de nodige stappen naar de bevoegde overheden om de veiligheidsopleiding ook voor de andere statuten verplicht te stellen.
Bouwvakonderwijs:
Het dossier rond het bouwvakonderwijs wordt opnieuw geactiveerd op het federale beheerscomité BOP en de gewestelijke BOP@'s.
Instroom:
De opdracht zal gegeven worden aan BOP om een voorstel van nieuw instroommechanisme uit te werken, met bestaande lokale initiatieven als inspiratiebron en met een A tot Z approach (van screening tot effectieve doorstroming).
Verbetering, harmonisering en vereenvoudiging sectorale opleidingsstelsels
Honoreren van de voorwaardelijke afspraken die gemaakt zijn in het kader van de opleidingstussenkomsten.
Opstellen door Constructiv van operationeel actieplan (oa met versterking van de acties op het gebied van de opleidingsaudits, met bijzondere aandacht voor de bedrijfsinterne opleidingen).
3. Functieclassificatie en modernisering van de loontoeslagen
De huidige beroepsclassificatie omswitchen in een wetenschappelijk onderbouwde, analytische functieclassificatie voor arbeiders en bedienden.
Opdracht aan Constructiv:
een lastenboek opmaken;
een overzicht maken van de verschillende classificatiemethodes;
contact opnemen met gespecialiseerde classificatiebureaus
Raad van Bestuur van Constructiv dient uiterlijk op 30 juni 2022 een gefundeerde keuze te maken.
De technische aspecten van de loontoeslagen worden ook samen met deze externe partner bekeken.
4. Werkgroep asbest
Het aanpakken van de firma's die actief zijn in de asbestverwijdering maar niet onder PC 124 vallen: werknemers actief in verwerking en het afvoeren van zwak gebonden asbestafval dienen dezelfde loons- en arbeidsvoorwaarden te krijgen als in de asbestverwijdering.
In de definitie van categorie II van de arbeiderscategorieën wordt de bepaling “afbraak en/of verwijdering van asbest of van asbesthoudende materialen: arbeiders die specifieke beschermingsmiddelen gebruiken en die blootgesteld zijn aan het asbestrisico” als volgt aangevuld:
“Het loon van deze arbeiders wordt verhoogd tot minimaal dat van categorie IIA voor zover zij 32u basisopleiding hebben gevolgd in een gecertificeerd opleidingscentrum en na twee positieve evaluaties bij dezelfde werkgever (een eerste evaluatie 6 maanden na de opleiding, een tweede evaluatie 1 jaar na de opleiding).”
Na positieve evaluatie gaan ze na 2 jaar over naar categorie III.
Een standaard evaluatieformulier wordt door Constructiv opgemaakt en bekrachtigd door werkgroep asbest met de criteria die worden gehanteerd bij de evaluatie om tot een positieve evaluatie te komen.
5. Eindeloopbaan
SWT :
Verlenging in uitvoering van de cao's van de NAR van de sectorale regelingen SWT (algemene regeling vanaf 62 jaar en de bijzondere regelingen 'ongeschikten' en lange loopbaan, mits aanpassing voor deze bijzondere stelsels van de minimumleeftijd naar 60 jaar vanaf 01.07.2021 conform de NAR-cao's). De regelingen worden verlengd tot 30.06.2023
Solidarisering van het SWT-stelsel vanaf 58 jaar met 35 jaar loopbaan voor werknemers met ernstige lichamelijke problemen (cao nr. 150 van de NAR) onder dezelfde sectorale voorwaarden als het sectorale stelsel ongeschikten vanaf 60 jaar.
Vrijstelling aangepaste beschikbaarheid.
Landingsbanen
Verlenging in uitvoering van de cao van de NAR van de sectorale regeling landingsbanen (1/5e vermindering en halftijds vanaf 55 jaar). Conform de cao van de NAR wordt de leeftijdsvoorwaarde voor halftijdse landingsbaan van 57 teruggebracht op 55 jaar.
De regelingen worden verlengd tot 30.06.2023.
6. Arbeidsorganisatie
Fiscaal voordelige overuren
Aan de bevoegde minister wordt gevraagd om de regeling voor de wegenbouwers (280 uren) uit te breiden naar arbeiders die spoorwegactiviteiten uitvoeren.
7. Uniek paritair comité voor het bouwbedrijf
Tegen 1 januari 2025 wordt op basis van een geactualiseerde analyse bekeken wat de vorm, inhoud en afbakening zou kunnen zijn van een eventueel ééngemaakt paritair comité. Er wordt ook een werkgroep opgericht die op basis van dit stappenplan bekijkt tegen 1 januari 2025 wat de verdere stappen zijn.
8. Strijd tegen de sociale fraude & deloyale concurrentie
De werkgroep rond de evaluatie van het Plan Eerlijke Concurrentie wordt geïntensifieerd om tegen eind januari 2022 tot een gemeenschappelijke evaluatie van het PEC-plan te komen. Daarna worden deze punten uiterlijk eind maart 2022 aangekaart en besproken bij de overheid en de sociale inspectie.
Wat de verticale keten betreft moet er een sensibilisering komen, zodat de bestaande regels beter worden gehandhaafd en gecontroleerd.
Wat uitbreiding toepassingsgebied wet welzijn naar de zelfstandigen betreft: onderzoek naar praktische en juridische haalbaarheid.
9. Forfaitaire bijdrage Constructiv
Herstel van het forfait vanaf 2022 na de tijdelijke vermindering in 2021 met 30 euro in het kader van de coronamaatregelen bestaanszekerheid:
Het huidig forfait wordt verhoogd met 25 euro per kwartaal;
Afsluiten cao ConstruBadge (EU conform) gekoppeld aan 5 euro forfaitaire bijdrage per kwartaal (financiering ConstruBadge en Veiligheidsfonds).
10. Verlenging cao's
Verlenging van de bestaanszekerheidstelsels tot 31.12.2022. De stelsels van de aanvullende werkloosheidsvergoedingen en de bijzondere aanvullende vorstvergoeding worden verlengd tot 30.09.2023.
Sluiten van een definitieve cao inzake de tussenkomst van Constructiv voor periodes van inactiviteit ingevolge moederschapsbescherming.
Verlenging van de sectorale regeling outplacement tot 30.06.2023.
Verlenging van de cao sociale vrede.