PC 302 - CAO werkuniform en werkkledij
De horecasector (PC 302) vernieuwde recent zijn cao omtrent werkuniformen en de werkkledij.
Deze nieuwe cao zal in de praktijk mogelijks niets veranderen voor uw onderneming. Kijkt u wel even na of alle regels duidelijk zijn binnen uw onderneming.
In de nieuwe cao wordt een onderscheid gemaakt tussen werkuniform en werkkledij.
Werkuniform
In overeenstemming met de tradities en de gebruiken in de horecasector kunnen bepaalde werknemers verplicht worden een werkuniform te dragen om hun beroep uit te oefenen (bv. keukenpersoneel, kelner, kamermeisje -jongen, een portier). Het werkuniform mag niet als gewone stads- of vrijetijdskledij worden beschouwd en het dragen van de werkuniformen buiten de werkuren is verboden. Het werkuniform bevat steeds een bovendeel en een broek of rok, of gelijkwaardig. Voor keukenpersoneel maakt een hoofddeksel deel uit van het werkuniform, met uitzondering van de afwasser.
De werkgever kan zelf kiezen of hij al dan niet een werkuniform oplegt. Indien de werkgever een uniform oplegt, moet hij de regels wel vastleggen in het arbeidsreglement. Hierbij moet hij duidelijk opnemen welke kledij, bij welke functie hoort. De werkgever kan bv. ook regels opnemen omtrent de vervanging van de kledij.
Werkkledij
De werknemers dragen tijdens hun normale activiteiten - en worden geacht te beschikken over - werkkledij, wanneer de aard van hun activiteiten bevuilend is.
De keuze van de werkkledij wordt, in samenspraak met de bevoegde preventieadviseur, bepaald door de werkgever en wordt per functie gespecifieerd in het arbeidsreglement.
Er kan inzonderheid gedacht worden aan een overall, een pak bestaande uit een broek, een T-shirt en jas, hetzij een stofjas of een voorschoot. De werkkledij mag aan de buitenkant geen opschriften vertonen, behalve de benaming van de onderneming en/of de naam van de werknemer.
Gemeenschappelijke bepalingen
De werkgever zorgt, zonder kosten voor de werknemers, voor de de aanschaf, en ten gepaste tijde voor de reiniging, herstelling en hernieuwing van de werkkledij
De werkgever kan er ook voor kiezen om de werknemer te laten instaan voor de aankoop en/of het onderhoud van de werkkledij of het uniform. Dit kan enkel met goedkeuring van de preventieadviseur nadat uit een risicoanalyse gebleken is dat dit geen risico’s inhoudt voor de gezondheid of het milieu. De werknemer dient bovendien de nodige instructies te ontvangen in verband met de reiniging, de herstelling en het onderhoud van de kledij.
Ter herinnering
Als de werknemer zelf instaat voor de aankoop en of het onderhoud van de werkkledij dan is de werkgever verplicht om een kledijvergoeding te voorzien. Deze vergoeding bedraagt in 2024:
2,08 euro per werkdag voor de aankoop van de werkkledij/uniform;
2,08 euro per werkdag voor de reiniging, de herstelling en het onderhoud van de werkkledij/uniform.
De voorziene afspraken moeten steeds betrekking hebben op de volledige kledij. Het is dus niet toegestaan om slechts een gedeelte van de kledij zelf aan te schaffen en/of te onderhouden en voor het andere gedeelte een vergoeding aan de werknemer te betalen.
Indien de werkgever geen kledijvergoeding voorziet terwijl hij hier reglementair wel verplicht toe is, kunnen er sinds kort strafrechtelijk en administratieve sancties volgen.
De verworven gunstiger voorwaarden welke de werknemers van sommige ondernemingen inzake werkuniformen of werkkledij op 1 september 2024 verworven hadden, blijven gehandhaafd.
Concreet
Indien gewenst kan u een ontwerp van bijlage aan het arbeidsreglement opvragen indien het nodig is om de regels binnen uw onderneming te verduidelijken.
Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2024, gesloten in het Paritair Comité voor het hotel bedrijf in uitvoering van het sectorakkoord van 14 januari 2022, betreffende de werkuniformen en de werkkledij, in werking getreden op 1 september 2024 voor onbepaalde duur.