Bedrijfswagens- VAA update 2024

Bij kosteloze terbeschikkingstelling van een bedrijfswagen aan een werknemer dient fiscaal een voordeel van alle aard (‘VAA’) te worden berekend als er naast beroepsverplaatsingen ook privéverplaatsingen met de bedrijfswagen toegestaan zijn.

Om het VAA correct te berekenen wordt er gebruik gemaakt van de CO2-referentie-uitstoot. Deze wordt jaarlijks herzien en in principe in de maand december gepubliceerd. De publicatie van de CO2-referentie-uitstoot voor 2024 liet echter op zich wachten. Gezien de versnelde elektrificatie van het Belgische wagenpark zou de CO2-referentie-uitstoot op basis van de bestaande regelgeving voor 2024 aanzienlijk dalen en dus een grote impact hebben op het nettoloon van heel wat werknemers. De federale regering vond een akkoord om de herziening van de CO2-referentie-uitstoot in die zin aan te passen zodat de impact beperkt bleef.

De CO2-referentie-uitstoot werd uiteindelijk op 8 februari 2024 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd en vertoont een lichte daling ten opzichte van de CO2-referentie-uitstoot voor 2023 (zonder aanpassing zou deze daling significant groter zijn). Deze CO2-referentie-uitstoot is van toepassing vanaf 1 januari 2024.

Tenslotte werd recent het VAA voor het terugbetalen van de kosten voor het thuisladen van een elektrische / plug-in hybride wagen door Minister van Financiën Vincent Van Peteghem verduidelijkt naar aanleiding van een parlementaire vraagstelling.

Berekening VAA: update CO2-referentie-uitstoot 2024

Het VAA voor het privégebruik van een bedrijfswagen wordt berekend op jaarbasis aan de hand van de volgende formule:

Cataloguswaarde x ouderdomspercentage x 6/7 x CO2 percentage

Om het VAA te bepalen voor het privégebruik van een bedrijfswagen wordt rekening gehouden met volgende elementen:

• Cataloguswaarde en leeftijd van het voertuig

Onder cataloguswaarde wordt verstaan de catalogusprijs van het voertuig in nieuwe staat bij verkoop aan een particulier, inclusief opties en werkelijk betaalde belasting over de toegevoegde waarde, zonder rekening te houden met enige korting, vermindering, rabat of restorno.

Het percentage van de cataloguswaarde die in aanmerking moet worden genomen is afhankelijk van de leeftijd van het voertuig (te rekenen vanaf de 1ste inschrijving van het voertuig):

- Van 0 tot 12 maanden: 100 %

- Van 13 tot 24 maanden: 94 %

- Van 25 tot 36 maanden: 88 %

- Van 37 tot 48 maanden: 82 %

- Van 49 tot 60 maanden: 76 %

- Vanaf 61 maanden: 70 %

• CO2-uitstoot van de wagen

Het CO2-basispercentage bedraagt 5,5 % voor onderstaande referentie-CO2-uitstoot voor het inkomstenjaar 2024:

78 g/km voor voertuigen met een benzine-, LPG of aardgasmotor;

65 g/km voor voertuigen met dieselmotor

Als de uitstoot van het betreffende voertuig hoger is dan de bovenstaandereferentie-uitstoot, wordt het basispercentage verhoogd met 0,1% per gram CO2, met een maximum van 18%.

Als de uitstoot van het betrokken voertuig lager is dan de bovenstaande referentie-uitstoot, wordt het basispercentage verlaagd met 0,1% per gram CO2, met een minimum van 4%.

In de huidige stand van de wetgeving moet bij de vaststelling van het belastbaar VAA rekening worden gehouden met het CO2-uitstootgehalte van het voertuig zoals dat beschikbaar is bij de DIV.

Enkele bijzonderheden:

Voor elektrische wagens (= uitsluitend aangedreven door een elektrische motor) wordt het minimum CO2 percentage van 4% toegepast, dit terwijl deze een uitstoot van 0 gram CO2 per kilometer hebben.

Voor ‘valse hybrides’ wordt er gerekend met de CO2-uitstoot van het overeenstemmende niet-hybride voertuig.

Het beschikbaar stellen van een tankkaart bij de bedrijfswagen wordt geacht vervat te zijn in het VAA van de bedrijfswagen.

Het VAA bedraagt minimum, ongeacht de uitkomst van voormelde formule, 1.600 euro/jaar voor het inkomstenjaar 2024 (aanslagjaar 2025).

Voor de werkgever betekent het verlagen van de CO2-referentie-uitstoot ook dat de verworpen uitgaven met betrekking tot de bedrijfswagen stijgen, deze bedragen immers:

• 17% van het VAA als u als werkgever niet tussenkomt in de brandstofkosten voor het privégebruik van de bedrijfswagen;

• 40% van het VAA als u als werkgever wél tussenkomt in de brandstofkosten voor het privégebruik van de bedrijfswagen.

Kosten thuisladen elektrische / hybride wagen

Naar aanleiding van een vraag tijdens de parlementaire zitting van 16 februari 2022 verduidelijkte de Minister van Financiën reeds dat het terugbetalen van de kosten voor het thuis opladen van de bedrijfswagen géén bijkomend voordeel van alle aard doet ontstaan indien aan volgende voorwaarden wordt voldaan:

• De werkgever stelt naast een elektrische / plug-in hybride bedrijfswagen ook een laadpaal ter beschikking van de werknemer;

• De laadpaal moet beschikken over een communicatiesysteem dat doorgeeft aan de werkgever hoeveel er wordt verbruikt (een tussenteller behoort ook tot de mogelijkheden voor zover het verbruik verifieerbaar is);

• De terugbetaling deze kosten is voorzien in de car policy;

• de terugbetaling gebeurt op basis van de werkelijke elektriciteitskosten van de werknemer - hiervoor zijn alle bewijsmiddelen van het gemeen recht, met uitzondering van de eed, toegestaan.

De werkgever moet er dus over waken dat hij uitsluitend in de terugbetaling voorziet met betrekking tot het verbruik van de ter beschikking gestelde bedrijfswagens.

Indien aan bovenstaande voorwaarden voldaan wordt, is er dan ook geen sprake van een eventuele terugbetaling van een eigen kost van de werkgever die moet worden vermeld op een inkomstenfiche 281.10 of 20.

In een schriftelijk antwoord op een parlementaire vraag heeft de Minister van Financiën op 29 november 2023 een aantal bijkomende verduidelijkingen gecommuniceerd:

• De werkgever hoeft geen laadpaal ter beschikking te stellen voor de toepassing van deze administratieve tolerantie. Het is wel noodzakelijk dat het elektriciteitsverbruik voor het thuis opladen van de bedrijfswagen op een verifieerbare wijze kan worden vastgesteld;

• wanneer de werkgever wel een laadpaal ter beschikking stelt, dan geeft deze terbeschikkingstelling evenmin aanleiding tot het belasten van een afzonderlijk voordeel van alle aard. Dit voordeel wordt geacht vervat te zitten in het forfaitair geraamde voordeel van alle aard van de ter beschikking gestelde elektrische bedrijfswagen, althans voor zover aan alle voormelde voorwaarden is voldaan;

bruno velghe