Detachering naar Nederland - meldingsplicht
Vanaf 1 maart 2020 moeten werkgevers uit de EER en zelfstandigen hun werkzaamheden in Nederland voorafgaandelijk aanmelden.
Toepassingsgebied
Werkgevers (dienstverrichters) uit één van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte of Zwitserland zijn verplicht om hun werkzaamheden en de komst van werknemers die tijdelijk in Nederland gaan werken, vooraf te melden via het Nederlandse meldloket.
Ook zelfstandigen moeten hun werkzaamheden in sommige gevallen melden.
De specifieke situatie van de transportsector
De transportsector kent enkele uitzonderingen op de meldingsregels. Zo is het merendeel van het vervoer uitgesloten van de meldingsplicht en is het mogelijk om voor goederenvervoer over de weg gebruik te maken van een jaarmelding.
Volgende sectoren/ activiteiten uit de transportsector zijn vrijgesteld van de meldingsplicht:
H Vervoer en opslag, de groepen (SBI- codes):
49.1 Personenvervoer per spoor (geen tram of metro);
49.2 Goederenvervoer per spoor;
49.3 Personenvervoer over de weg;
49.4 Goederenvervoer over de weg, mits die werkzaamheden uitsluitend bestaan uit het vervoeren van goederen door Nederland zónder in Nederland te laden of te lossen;
50 Vervoer over water;
51 Luchtvaart;
53 Post en koeriers.
Werkzaamheden in de andere categorieën, dienen wel te worden aangemeld.
Voor het goederenvervoer over de weg houdt dit dus in dat geen melding dient te gebeuren bij transitvervoer maar wel indien goederen worden geladen of gelost in Nederland en bij cabotage.
Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van de jaarmelding als dienstverrichter of zelfstandige in de sector goederenvervoer over de weg. Dit geldt ook als u in opdracht van een in Nederland gevestigde dienstontvanger diensten levert.
Vrijstellingsregeling voor bepaalde werkzaamheden
Volgende (incidentele) werkzaamheden worden uitgesloten van de meldingsplicht:
Initiële assemblage of de eerste installatie van een goed, uitgevoerd door gekwalificeerde of gespecialiseerde werknemers. Mits de werkzaamheden een wezenlijk onderdeel zijn van een overeenkomst voor de levering van goederen en noodzakelijk zijn voor het in werking stellen ervan en de duur van de werkzaamheden niet meer dan acht dagen bedraagt, tenzij het werkzaamheden in de sector bouwbedrijf betreft;
Dringend onderhoud of reparaties aan werktuigen, machines of apparatuur, die door de dienstverrichter zijn geleverd aan de dienstontvanger ten behoeve waarvan de reparaties of het onderhoud plaatsvinden, dan wel werknemers die door de dienstverrichter geleverde software installeren, aanpassen, of die instrueren over het gebruik van die software. Mits hun verblijf noodzakelijk is voor deze activiteiten en niet meer dan 12 aaneengesloten weken binnen een tijdsbestek van 36 weken bedraagt;
Het bijwonen van wetenschappelijke congressen, mits het verblijf niet meer dan 5 dagen per kalendermaand bedraagt;
Zakelijke besprekingen voeren of overeenkomsten sluiten met bedrijven of instellingen, mits het verblijf niet meer dan 13 weken binnen een tijdsbestek van 52 weken bedraagt;
Werknemers die als correspondent werkzaam zijn in dienst van een publiciteitsmedium dat zijn hoofdzetel buiten Nederland gevestigd heeft;
Deelnemers aan internationale sportwedstrijden en hun vaste persoonlijke begeleiders, mits hun verblijf niet meer dan 6 aaneengesloten weken binnen een tijdsbestek van 13 weken bedraagt. Artiesten en musici en hun vaste persoonlijk begeleiders die een voorstelling uitvoeren, beeldend kunstenaars, conservators of restauratoren, mits hun verblijf niet meer dan 6 aaneengesloten weken binnen een tijdsbestek van 13 weken bedraagt;
Gastdocenten die werkzaam zijn aan een Nederlandse instelling voor wetenschappelijk onderwijs;
Onderzoekers en leden van een wetenschappelijk team die door een universiteit of een wetenschappelijke instelling worden tewerkgesteld, die in Nederland aan een wetenschappelijk programma van een universiteit of een wetenschappelijke instelling deelnemen, mits hun verblijf niet meer dan 13 aaneengesloten weken binnen een tijdsbestek van 52 weken bedraagt.
Gelieve nota te nemen van het feit dat dit niet noodzakelijk impliceert dat zij van de andere administratieve verplichtingen (bijhouden documenten, informatieverplichting en aanduiding contactpersoon) zijn uitgesloten.
Welke rechten heeft een gedetacheerde werknemer?
Een gedetacheerde werknemer heeft recht op de harde kern van loon- en arbeidsvoorwaarden die van toepassing zijn in het ‘ontvangende’ land, in casu Nederland, waar hij naartoe wordt uitgezonden. Het betreft de bepalingen inzake het minimumloon, voldoende rusttijden, veilige arbeidsomstandigheden, gelijke behandeling van mannen en vrouwen en een minimumaantal vakantiedagen.
Als er een algemeen verbindend verklaarde cao van toepassing is, geldt ook de harde kern van arbeidsvoorwaarden uit deze cao.
Administratieve verplichtingen
De werkgever die personeel detacheert naar Nederland heeft 4 belangrijke administratieve verplichtingen.
Ter beschikking houden van documenten
Bepaalde documenten dienen verplicht aanwezig te zijn op de Nederlandse werkplek van de gedetacheerde werknemer (of direct digitaal beschikbaar te zijn). Het gaat om arbeidsovereenkomsten, loonstrookjes, arbeidstijdenoverzichten, A1-formulieren en betalingsbewijzen. Voor een chauffeur is de werkplek de vrachtwagen.
De werknemer dient eveneens het nodige reisdocument bij zich te hebben. Voor inwoners van de EER volstaat een nationaal paspoort of een identiteitskaart. Werknemers van buiten de EU moeten naast hun nationaal paspoort, een verblijfsvergunning en een tewerkstellingsvergunning hebben voor het EER-land waar zij gewoonlijk werken, ten minste geldig voor de gehele duur van de detachering naar Nederland.
Meldingsplicht
Vanaf 1 maart 2020 dienen werkzaamheden in Nederland te worden aangekondigd via het Nederlandse online meldloket.
Aanduiding contactpersoon
De bestaande verplichting om een contactpersoon in Nederland aan te duiden, blijft behouden. Deze persoon kan door de Inspectie SZW worden benaderd en als aanspreekpunt fungeren om vragen over de detachering te beantwoorden.
De contactpersoon dient te beschikken over een aantal documenten indien de controlediensten hierom verzoeken. Het betreft onder meer: de arbeidsovereenkomst, de loonbrieven en de arbeidstijdsoverzichten.
De contactpersoon moet bevoegd zijn om documenten van de detachering te verzenden en te ontvangen. Alleen natuurlijke personen kunnen contactpersoon zijn.
Ook de gedetacheerde werknemer kan het aanspreekpunt zijn. Voorwaarde hiertoe is dat hij gedurende de hele dienst in Nederland bereikbaar is voor de Inspectie SZW.
Volgens de wettelijke bepalingen zou dit voor de transportsector de chauffeur zelf kunnen zijn. De aanmeldingsmodule vereist evenwel dat de contactpersoon een adres heeft in Nederland, wat met zich meebrengt dat –tenzij uw chauffeur in Nederland woonachtig zou zijn- de chauffeur in de praktijk geen contactpersoon kan zijn….
Inlichtingenverplichting
Indien hierom wordt gevraagd, dient aan de Inspectie SZW alle informatie te worden verstrekt die noodzakelijk is voor de toepassing van de WagwEU- wetgeving.
De meldingsplicht
Toepassingsgebied
De meldingsplicht geldt voor buitenlandse werkgevers en meldingsplichtige zelfstandigen uit de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland die tijdelijk in Nederland gaan werken.
Dit zijn:
werkgevers die met eigen personeel in Nederland gaan werken;
multinationale bedrijven die medewerkers detacheren naar een vestiging in Nederland;
uitzendbureaus die uitzendkrachten ter beschikking stellen in Nederland.
zelfstandigen die werkzaam zijn in bepaalde sectoren.
Mede te delen gegevens
De voorafgaande melding dient elektronisch te gebeuren via het online meldloket dat terug te vinden is op https://www.postedworkers.nl. Verschillende gegevens zullen doorgegeven moeten worden via dit loket, waaronder:
identiteitsgegevens van de werkgever en werknemer(s);
identiteitsgegevens van de contactpersoon;
sector van activiteiten. Voor het goederenvervoer over de weg is de SBI- code 49.4;
A1 document
Op de website staat een handige checklist voor werkgevers en een checklist voor zelfstandigen.
De melding per opdracht en de jaarmelding
De melding dient in principe per opdracht te gebeuren. In een aantal situaties kan evenwel een jaarmelding gebeuren.
In volgende drie gevallen kan gebruik worden gemaakt van een jaarmelding:
Goederenvervoer over de weg
Dienstverrichters of zelfstandigen in de sector Goederenvervoer over de weg (Standaard Bedrijfsindeling groep H 49.4), kunnen gebruik maken van een jaarmelding. Dit geldt ook als u in opdracht van een in Nederland gevestigde dienstontvanger diensten levert.
Klein bedrijf
Er kan gebruik gemaakt worden van de jaarmelding indien u:
1 tot 9 werknemers in dienst heeft;
gevestigd bent binnen een straal van 100 kilometer van de Nederlandse grens;
in het voorgaande kalenderjaar ten minste 3 transnationale diensten in Nederland heeft uitgevoerd of in het voorgaande kalenderjaar een geldige melding heeft gedaan; en
ingeschreven bent in het handelsregister, of een vergelijkbaar register in aangrenzende landen.
U kunt géén gebruikmaken van de jaarmelding als u werkzaam bent in de bouwsector, arbeidsbemiddeling, de uitzendsector of personeelsbeheer.
Zelfstandige
Er kan gebruik gemaakt worden van de jaarmelding indien u:
werkt in een sector waarvoor de meldingsplicht geldt;
gevestigd bent binnen een straal van 100 kilometer van de Nederlandse grens;
in het voorgaande kalenderjaar ten minste 3 transnationale diensten in Nederland heeft uitgevoerd of in het voorgaande kalenderjaar een geldige melding heeft gedaan; en
ingeschreven bent in het handelsregister, of een vergelijkbaar register in een aangrenzend land.
U kunt géén gebruik maken van de jaarmelding als u werkzaam bent in de bouwsector, arbeidsbemiddeling, de uitzendsector of personeelsbeheer.
Inwerkingtreding
De meldingsverplichting treedt in werking op 1 maart 2020. Voor opdrachten die gestart zijn voor de ingangsdatum van de meldingsplicht, dient geen melding te gebeuren. Er dient wel een melding te gebeuren zodra de opdracht wordt verlengd. De werkgever is wel verplicht indien dit wordt gevraagd alle gegevens en inlichtingen nodig voor de uitvoering van de WagwEU te verschaffen aan de toezichthouder.
Verplichtingen voor de Nederlandse opdrachtgever
De Nederlandse werkgever/ opdrachtgever moet controleren of zijn onderaannemer/ dienstverlener zich heeft aangemeld.
De Nederlandse onderneming ontvangt een bericht nadat de buitenlandse werkgever of zelfstandige zijn komst heeft gemeld zodat de opdrachtgever de melding online kan inzien. Hierin staan de gegevens van de zelfstandige of het bedrijf en de werknemers die komen werken, het adres van de werkplek in Nederland, een beschrijving van de werkzaamheden en hoe lang deze zal duren. Bevat de melding onjuistheden, dan dient de opdrachtgever dit te melden en aan de buitenlandse werkgever of zelfstandige mee te delen dat de melding moet worden aangepast.
Handhaving en boetes
Bij niet naleving van de minimale voorwaarden van de geldende, dwingende arbeidswetten, kan de Inspectie SZW een boete opleggen. Daarnaast kunnen de werknemers er aanspraak op maken.
Bij niet naleven van de meldingsplicht, kunnen de buitenlandse werkgever, de zelfstandige én de klant/opdrachtgever (dienstontvanger) een boete krijgen.
Bij niet naleven van de inlichtingenplicht of het niet ter beschikking houden van de documenten door de buitenlandse werkgever of zelfstandige kan een (hoge) boete worden opgelegd.
Het basisbedrag van de boete bedraagt € 12.000 per overtreding.
Meer weten?
Meer informatie en het online loket kan u terugvinden op www.postedworkers.nl.
Bovendien kan u bij uw dossierbeheerder een handleiding ontvangen voor de aanmelding voor werkgevers actief in de sector van het goederenvervoer over de weg.